Vroeger wilde ik bakker worden. Een bakker met van die mooie etalages met gebakjes voorin de winkel, een bakkerswinkel waar je ‘s ochtends verse croissants kan komen halen en een bakker bij wie de etagères gevuld zijn met kleurrijk baksel. Weinig dingen die ik leuker vond dan het bakken van zandkoekjes of cake op de zaterdagmiddag, om daar dan zondags op de koffie van te genieten.


Vroeger wilde ik kunstschilder worden. Een beetje tekenen, filosofisch zijn en met verf op het doek je kwasten afstrijken, om daarna te exposeren. Lekker de hele dag creatief bezig zijn, dat leek me wel wat. Tegendraads, tegen de maatschappij in, want dat horen kunstenaars te doen. Kunstenaars zijn cool en doen wat burgers niet doen of denken. Geen huisje, boompje, beestje. Niet het geijkte pad lopen. Kunstenaars hebben niet de 9 tot 5 mentaliteit. En soms ontmoet je toffe mensen… en die zijn dan kunstenaar. En soms zijn kunstenaars raar en klopt er niets van. Maar dan praten ze over 50 jaar wel over je, want je was revolutionair. (Kennis is macht.)
Nadat ik dacht pedagoog te willen worden, of misschien nog wel eerder, wilde ik schrijver worden. En dus deed ik auditie aan de kunstacademie. Schrijvers zijn kunstenaars, met beelden. Zij schetsen en schrijven, om toch maar dat beeld over te brengen. Dat, samen met een ideologie over de samenleving en haar functioneren en een visie op het zwemgedrag van depressieve eendagsvliegen maken schrijvers tot interessante mensen. Vouw het geheel op in een mooie compositie van kunstzinnig taalgebruik en een kapstok van woorden die langzaam uit de samenleving glijden en daar heb je de content die je wilt. (Kennis is macht.)

Ik sta nog steeds graag in keuken, gebruik de oven, bak midden in de nacht schuimpjes, cake en koek. Taart is nog steeds een sociale bezigheid, zoals ik destijds als 8 jarig kind met mama in de keuken stond. Ik doe nu en dan nog steeds alsof ik kunstenaar ben, wanneer ik een deur of muur heb verwerkt tot kunststuk of schoenen gepimpt heb. De kunstenaar van mijn eigen baksels, routes naar school en ideeën over Frankenstein 2.0
Ik ben nog steeds de schrijver met rare invallen en ik schrijf teksten voor schoolopdrachten of voor het verenigingsblad. Pedagoog, zelfs die ben ik nog. (Zo)als ik mezelf opvoed en reflecteer op eigen gedrag.
Weet je, van al deze bovenstaande dromen heb ik er niet één waar gemaakt. En toch, hoewel al weggedaan vanwege de irrealiteit die achter de ideeën schuilt, toch hol ik deze dromen nog achterna. (Kennis is macht.)

Taart is een sociale bezigheid. Een schrijver is een kunstenaar. Een pedagoog een communicator. En ik een communicatiestudent. Ik ben meer een soort breier, tussen content en doel. Ik ben de kunstenaar met woorden, zoals ik mijn teksten inlever. Ik mag nog steeds kritisch zijn, want dat heeft de maatschappij nodig. Of misschien heb ik dat nodig, om in de maatschappij te kunnen functioneren. Niet omdat het dan wel perfect kan, perfectie is hier een illusie.
Maar om vandaag wakker te worden: vandaag ben ik Ella. En weer een stap verder dan gister. Mijn zoektocht naar kennis is een zoektocht naar zin(geving.) Kennis zit in hoofden, de hoofden van hen die hun verhaal vertellen. Kennis zit in hoofden, het zijn de resultaten van experimentele ondervindingen, de baksels van het leven. De kunstenaar schrijft het, het verhaal van een ander.

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *

CommentLuv badge

This site uses Akismet to reduce spam. Learn how your comment data is processed.